Bedrijfsvoering

In deze jaarrekening wordt een rechtmatigheidsverklaring van het college toegevoegd met de bevindingen over 2024 (zie hoofdstuk 4.3). In de verklaring worden bevindingen opgenomen die de verantwoordingsgrens overschrijden. Overige bevindingen die de lagere rapportagegrens overschrijden worden hieronder toegelicht.

De verantwoordingsgrens en rapportagegrens zijn in juli 2023 door de raad vastgesteld op respectievelijk 1% en 0,1% van de totale lasten. Voor 2024 betekent dit in euro's respectievelijk € 1.395.000 (1%) en € 139.500 (0,1%).
Hieronder worden afzonderlijke afwijkingen groter dan 0,1% van de totale lasten (€ 139.500) vermeld. Afwijkingen worden onderverdeeld in onrechtmatigheden en onduidelijkheden.

Op inhuur extern personeel zijn onrechtmatigheden geconstateerd van in totaal € 1.244.91. Deze zijn ontstaan door het in een beperkt aantal gevallen (10 in totaal) niet geheel volgen van de juiste aanbestedingsprocedure. Het betreft na-ijleffecten van al lopende contracten waarbij krapte op de arbeidsmarkt ook een rol heeft gespeeld. Het totaal aan onrechtmatigheden in 2024 is hoger dan in 2023. Dit komt doordat gedurende 2024 onrechtmatigheid is ontstaan op 3 contracten die al liepen voor 2024 waarbij het totaal aan uitgaven in 2024 boven de aanbestedingsgrens is gekomen. Daarnaast  zijn er ook onrechtmatigheden opgelost doordat 2 contracten zijn afgelopen, 1 persoon in dienst is genomen gedurende 2024 en 1 per 2025 en 1 persoon ingehuurd via de inhuurdesk vanaf 2025. In de afgelopen jaren zijn diverse maatregelen getroffen om toekomstige onrechtmatigheden te voorkomen. Er is meer aandacht voor het rechtmatig inhuren van extern personeel via onze contractpartner, de talentenregio. En is er meer aandacht voor het volgen van de juiste procedure via het inkoopbeleid. En de informatievoorziening is verbeterd waardoor vooraf inzicht is ontstaan op mogelijke toekomstige onrechtmatigheden, zodat vooraf gestuurd kan worden op het volgen van de juiste procedure bij het inhuren van extern personeel.

Van onduidelijkheden is sprake als het college van B&W in het kader van de verslaggeving niet kan aangeven of er sprake is van een onrechtmatigheid of niet. Er zijn geen onduidelijkheden geconstateerd.