3.9.4 Jeugd
In onderstaande tabel is weergegeven dat er over 2024 een nadelig resultaat van € 1,54 miljoen op de jeugd is onttrokken aan de reserve sociaal domein. Bij de zomernota was er een nadeel van € 2,46 miljoen geprognosticeerd. Per saldo een lagere onttrekking van € 0,91 miljoen aan de reserve sociaal dan verwacht. De lagere onttrekking van € 0,91 miljoen wordt veroorzaakt door:
- De gemiddelde kosten per jeugdige zijn in de loop van 2024 afgenomen. Er zijn een aantal dure trajecten gestopt dan wel afgeschaald.
- Er is een incidenteel voordeel over 2023, omdat niet alle verantwoorde kosten over dit jaar daadwerkelijk zijn gedeclareerd door zorgaanbieders.
Daarnaast hebben we in 2024 een compensatie van € 1,19 miljoen van het rijk ontvangen voor niet beoogde kosten 2022 en 2023 als gevolg van de invoering van het woonplaatsbeginsel jeugd. Bij de rekening 2023 was rekening gehouden met een compensatie van € 0,88 miljoen. Dit levert in 2024 een eenmalig voordeel op van € 0,31 miljoen dat wordt toegevoegd aan de reserve sociaal domein (zie stand 3.9.6 stand reserve).
Budget en uitgaven Jeugdhulp gekoppeld aan reserve sociaal | |||
Bedragen in € | - is voordeel | ||
|---|---|---|---|
Omschrijving | Begroting zomernota | Realisatie | Saldo |
Budget jeugd | 14.447.000 | 14.447.000 | 0 |
Totaal budget Jeugdhulp | 14.447.000 | 14.447.000 | 0 |
Formatie en algemene kosten | 1.069.000 | 1.069.000 | 0 |
1e lijns jeugdhulpkosten | 1.330.000 | 1.269.000 | -61.000 |
Specialistische jeugdhulpkosten (2e lijn) | 14.505.000 | 13.651.000 | -854.000 |
Totaal kosten Jeugdhulp | 16.904.000 | 15.989.000 | -915.000 |
Resultaat | 2.457.000 | 1.542.000 | -915.000 |
Toelichting tekort jeugd
Net als in voorgaande jaren, is het budget jeugd niet toereikend gebleken om de jeugdhulp in Raalte uit te voeren. Het tekort over 2024 is € 1.542.000. Dit bedrag wordt onttrokken aan de reserve Sociaal Domein. Er zijn een aantal oorzaken van de toename van kosten van specialistische jeugdvoorzieningen en daarmee samenhangend het negatieve resultaat op jeugd:
- Toename van een aantal dure cliënten/ complexe casussen. Stijging aantal unieke cliënten in specialistische jeugdhulp.
- Hogere kosten als gevolg van de invoering woonplaatsbeginsel jeugd. Deze kosten zijn voor 2022/2023 met terugwerkende kracht gecompenseerd, maar niet voor het jaar 2024.
- Landelijke en regionale ontwikkelingen: er wordt gestuurd op afbouw van JeugdzorgPlus, echter het aanbod van intensieve ambulante begeleiding en kleinschalig wonen is nog ontoereikend en onsamenhangend. Het gevolg is dat er dure maatwerkoplossingen of stapeling van aanbod wordt ingezet.
- Inkoopmodel jeugd: Er vinden nog altijd aanpassingen van tarieven jeugd plaats via RSJ naar hogere intensiteiten. Daarnaast worden bijvoorbeeld bij zorgboerderijen hoge tarieven gevraagd terwijl er kinderen zitten met een relatief lichte zorgvraag.
- De door het rijk opgelegde besparingstaakstelling vanuit maatregelen hervormingsagenda jeugd.
